Antiamerica

Text
0
Kritiken
Leseprobe
Als gelesen kennzeichnen
Wie Sie das Buch nach dem Kauf lesen
Antiamerica
Schriftart:Kleiner AaGrößer Aa
AntiAmerica

Copyright © 2021 T.K. Falco

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door printouts, kopieën, of op welke andere manier dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Inhoud

1. Social Engineering

2. Phishing

3. Drugs

4. Spoofing

5. Smishing

6. Lichaamstaal

7. Liefde

8. Shoulder Surfing

9. Hoaxen

10. Baiting

11. Pretexting

12. Doxxing

13. Techie Talk

14. Dumpster Diving

15. Vishing

16. Quid Pro Quo

17. Impersonatie

18. Reverse Social Engineering

19. Diversion Theft

20. Tailgating

21. Whaling

22. Epiloog

23. Woordenlijst

1

Social Engineering

Alanna vond het maar niks om haar beste vriend te bedriegen. Zelfs nu ze het gevoel dat hij dingen voor haar verborgen hield, niet van zich af kon zetten.

Ze bespiedde Brayden vanaf de passagiersstoel. Hij hield zijn lippen stijf op elkaar, terwijl hij met zijn Kia Soul over de door de regen doordrenkte straten van de US1 reed. Onder de dikke dreadlocks die over zijn schouders vielen, was door zijn groene tanktop heen een Chinese karaktertatoeage te zien. Een saluut naar de kwart-Chinees van zijn vaders kant.

Toen ze bij het Pollo Tropical in de buurt van Bird Road een hapje namen, vroeg ze waarom niemand in de afgelopen week iets van Javier had gezien of gehoord. Die twee waren al sinds hun kinderjaren erg close. Als iemand de reden van zijn verdwijning wist, dan was het Brayden wel. Toch beweerde hij van niet, en bracht de rest van de maaltijd met zijn mond vol, kauwend op zijn kippensandwich, in alle stilte door.

Liegen was duidelijk niet zijn sterkste kant. Ze had hem net zolang lastig gevallen totdat hij beloofde bij Javiers appartement langs te gaan, en hij geloofde haar aannemelijk klinkend verhaal, namelijk dat ze zich zorgen maakte om Javier, en wilde weten of alles in orde was. Ze hield de echte reden voor deze smoes voor zichzelf. Als Brayden de waarheid verzweeg, kon zij dat ook.

Brayden draaide de Brickell Avenue op. Ze weerstond met moeite de drang om haar iPhone voor de honderdste keer te controleren. Na Javiers sms van gisteren had ze de vorige nacht nauwelijks nog geslapen. Brayden parkeerde voor het torenhoge gebouw. Terwijl hij zijn burner oppakte om Javier te bellen, bestudeerde ze de koude glazen buitenkant van het gebouw.

“Voicemail”, zei hij met zijn vette Jamaicaanse accent.

“Wil je nu alsjeblieft een keer naar me luisteren? Er klopt iets niet. Ik weet het zeker.”

“Je overdrijft”, zei hij met zijn telefoon nog aan zijn oor geplakt. “Het verbaast me dat je in al de tijd dat jullie bij elkaar waren hem nog nooit gephisht hebt, zoals je dat bij iedereen doet. Het zou ons de rit bespaard hebben.”

Ze keek Brayden vuil aan. Hij was meer tegen haar tekeer gegaan dan wie dan ook over de scams die ze runde. Niet dat hij zelf zo´n heilig boontje was. Volgens Javier hadden hij en zijn hackervriendjes ooit de website van de IRS gekraakt. Hij noemde zichzelf een grey hat hacker. De term betekende weinig voor haar. Haar wereld was zwart of wit en daar tussenin zat niets. Ze waren allebei criminelen. Door het leven een positieve draai te geven, wordt het verleden niet uitgewist. Dat gold voor hun allebei.

Nadat hij een bericht had achtergelaten dat ze buiten waren, gleed hij met zijn rechterhand langs haar buik om haar deur te openen. “Ik parkeer in de volgende straat. Doe er niet te lang over.”

Ze had hem juist hierheen gebracht met de bedoeling dat ze niet alleen naar boven naar het appartement hoefde te gaan. “Ga je niet met mij mee naar boven?”

“Waarom? Als hij niet antwoordt, betekent dat dat hij er niet is, of dat hij niet wil dat iemand hem lastigvalt.”

“Kom met me mee naar boven. Het duurt maar een paar minuten.”

Zijn dreadlocks vielen naar voren toen hij zijn hoofd omlaag deed. “Ik moet een parkeerplaats vinden. Trouwens, ik zie niet in waarom je zo moeilijk doet. Je kent hem. Hij is waarschijnlijk in een diepe hack-mode aan het werken aan een bug bounty.”

Ze wreef over de achterkant van haar nek. Normaal gesproken zou Brayden gelijk kunnen hebben over Javier, dat hij waarschijnlijk druk bezig was met een van zijn ethische hacken, maar niet nu, met die geheimzinnigheid rond zijn afwezigheid. Zijn universiteitsvrienden hadden al dagen niets meer van hem gehoord. Ze zeiden dat hij al de hele week de lessen had verzuimd. Hij was niet het type dat zomaar verdween, en als hij de stad uit moest voor een noodgeval, zou hij het iemand hebben verteld.

“Ben je dan helemaal niet bezorgd?”

“Pfff. Die jongen heeft nog nooit een vlieg kwaad gedaan. Als hij net zoals jij mensen van heel hun hebben en houwen zou beroven, dan zou ik me zorgen maken.”

“Mij best. Wacht maar in de auto.”

“Sneak niet stiekem bij een paar oudjes naar binnen om hun geld en juwelen te jatten.”

Alanna stapte uit in de zinderende hitte, zonder op zijn flauwe grap te reageren. Zijn oranje auto reed verder richting het stopbord. Nadat ze had gezien hoe hij bij het kruispunt linksaf sloeg, liep ze door naar de ingang van de draaideur. Ze stal geen geld van mensen. Alleen hun persoonlijke gegevens, zoals identiteits- en financiële gegevens, creditcardnummers, ID's, wachtwoorden en medische gegevens, want met al die stukjes informatie was geld te verdienen.

In het midden van de lobby zat een bewaker. Ze zou zich op dezelfde manier dat ze data te pakken kreeg langs deze man praten, gewoon door social engineering. Dat was een van de vele vaardigheden die haar vader haar had bijgebracht. Zelf had hij er als white hat hacker weinig baat bij, dus leerde hij haar alleen maar de basistechnieken. De rest had ze zichzelf bijgebracht in de tijd dat ze als eenzame wegloper in Miami probeerde te overleven.

Terwijl Alanna over de glanzende marmeren vloer naar voren liep, bleef de bewaker voorovergebogen achter de balie zitten. Ze naderde zijn kant van de ronde balie en keek hem vervolgens even aan. Zijn ogen waren gefixeerd op een video van een anarchistisch protest dat op zijn smartphone werd gestreamd. Ze gluurde nog eens naar haar iPhone. Geen nieuwe berichten.

Na enkele seconden met haar vingertoppen op de balie te hebben getikt, schraapte ze hoorbaar haar keel. De strak gekapte twintiger gaapte haar vanuit zijn leren bureaustoel aan. Hij zette de kraag van zijn witte poloshirt recht, nadat hij haar kort onderzoekend bekeken had. Eindelijk, ze had contact.

“Ik wil een studioappartement huren. Kan ik met iemand spreken die over de verhuur gaat?”

“Heb je een afspraak?”

“Nee. Ik was andere appartementen in de buurt aan het bekijken en dacht dat ik hier ook eens een kijkje zou moeten nemen. Is dat goed?”

Omdat hij terughoudend reageerde liet ze een stralende glimlach zien, en sloeg vervolgens haar prachtige wimpers neer. Hij glimlachte terug, legde een vel papier en pen op de toonbank, en verzocht haar zich in te schrijven. Nadat ze “Alanna Blake” had ingevuld en de tijd op de bovenste regel, kwam de bewaker uit zijn stoel omhoog en begeleidde haar naar de lift.

Daar streek hij met zijn elektronische sleutel langs een zwart blokje aan de muur, en drukte op de naar boven knop eronder. Zijn ogen vernauwden zich toen hij haar nog eens aandachtig bekeek. Ze verstijfde even. Herkende hij haar? Ze had hem bij haar laatste bezoek ook achter het bureau zien zitten. Hij leek destijds weinig aandacht aan haar te besteden, waarschijnlijk omdat ze samen met Javier naar boven ging. Dat was toen ze nog samen waren.

Ze beantwoorde zijn blik kort, voordat ze zich naar de liften omdraaide. Ze kon maar beter niet te heftig reageren. Veel jongens gaapten haar aan of maakten een opmerking over haar knappe uiterlijk. Ze was de tel kwijt van hoeveel keer ze het woord exotisch al had gehoord. Een beleefde manier om te zeggen dat ze haar etniciteit niet konden raden. In al de gevallen dat de vraag gesteld werd, had niemand ooit geraden dat ze Iers-Maleisisch was. Ze moest altijd zelf het antwoord geven.

 

Hij trok zijn wenkbrauwen op, en liep vervolgens weer terug richting zijn bureau. “ Het verhuurkantoor is op de bovenste verdieping. Dat is de twaalfde. Ga het kantoor bij het zwembad binnen. Zij kunnen al je vragen beantwoorden.”

In de lift drukte ze op de knoppen voor de twaalfde en de derde verdieping, die van Javier. Haar trucje was geslaagd. Moeilijkheidsgraad op haar social engineeringschaal? Een twee. Er was niet veel vaardigheid voor nodig geweest. Slechts een paar leugens en een flirterige glimlach. Toch ging Alanna's hart nog heftig tekeer. Ze gaf de voorkeur aan het manipuleren van haar slachtoffers via de telefoon of per e-mail, in plaats van face to face.

Na nog een laatste blik op haar iPhone stopte ze die in haar zwartleren handtas. Sinds gisterochtend had ze zich vastgeklampt aan de hoop dat Javier zou reageren. Bij haar waren alle alarmbellen afgegaan door de sms die hij naar haar iPhone had gestuurd: “Alanna. Ik zit in de problemen. Probeer me te vinden.” Hij had echter nooit geantwoord op haar follow-up voicemails of op haar sms'jes en e-mails.

Er volgden geen details. Haar overactieve verbeeldingskracht vulde wild de lege plekken in. Ze had Brayden niets verteld, omdat het bericht alleen aan haar gericht was. Om nog maar te zwijgen van het feit dat hij sinds hun uit elkaar gaan, doof was gebleven voor alles wat met Javier te maken had, waardoor ze weinig zin had om nog iets met hem te delen. Nadat de deuren van de lift opengingen, liep ze nonchalant in de richting van zijn appartement.

Het gebouw was ontworpen om er futuristisch uit te zien – niet knus. Het was veel mooier dan de plekken waar zij overnachtte in Olympia Heights, maar ook een stuk griezeliger. Tot vandaag was ze nog nooit in haar eentje in deze gang geweest. Ze werd zich daarvan bewust door de echo's van haar voetstappen, die van de saaie keramische vloer terugkaatsten. Haar schaduw zweefde over de beige geverfde muren. Door de doorgebrande lamp aan het plafond leek het alsof de muren op haar afkwamen.

Nadat ze bij de deur van Javier was aangekomen, tikte ze met haar knokkels tegen het wit metalen frame. Geen antwoord. Ze klopte nog twee keer, voordat ze haar oor tegen de deur legde. Stilte. Ze rustte even met haar voorhoofd tegen het koude oppervlak. Al zes weken lang had Alanna geen idee op welke manier ze Javier had weggejaagd. Waarom hij na twee jaar hun relatie verbrak en al het contact met haar afkapte. Ze kon hier nu niet gewoon maar weglopen.

Ze probeerde de deurknop. Op slot. Terwijl haar vingers om het koude koper gewikkeld bleven, vormden haar lippen een grijns. Een groot voordeel van het kiezen van social engineering als broodwinning was dat ze de vrijheid had om te zwerven waar ze maar wilde, zowel online als in de echte wereld. Deuren bleven alleen gesloten als zij dat wilde. Ze reikte in de achterzak van haar spijkerbroek naar haar lockpick en spanner. Tijd voor antwoorden.

Terwijl ze een donkergrijze kap over haar hoofd trok, drukte ze haar lichaam tegen de deur. Ze gluurde door de gang, ondertussen de pick en de spanner in het deurslot stekend. Haar kont was slechts één 911 telefoontje verwijderd van een afspraak met de achterbank van een Miami politiewagen. Jaren geleden had ze haar vader een belofte gedaan. Als ze zich zou laten arresteren, werd die belofte gebroken. Ze was niet van plan om dat ooit te laten gebeuren.

Ze stopte om de roodgeverfde pony voor haar ogen weg te vegen. Elke kleine afleiding kon haar in de war brengen. Het kloppen in haar borstkas. De tinteling die ze over haar hele lichaam voelde. Gedachten aan Javier die door haar hoofd gingen. Ze herinnerde zich de woorden van haar vader. Sluit je ogen. Haal diep adem. Sluit je af voor je omgeving. Doe je ogen open. Ontgrendel die deur.

Ze was zes jaar oud toen hij haar het gereedschap om sloten te kraken, en de instructies om het te gebruiken had gegeven. Sondeer het sleutelgat met de lockpick tot het puntige uiteinde op de kop van een slotpen terechtkomt. Duw de pick omhoog met de spanner tot de pin op zijn plaats valt. Herhaal dit met de overige slotpennen. Draai dan aan de deurknop en spreek de magische woorden: sesam open u. Ze stopte het gereedschap in haar zak en haastte zich naar binnen.

Het appartement was pikdonker. De gordijnen waren gesloten. Alanna bleef bij de deuropening staan, zodat haar ogen aan de duisternis konden wennen. Ze nam de kap van haar hoofd. De airconditioning was al een tijdje geleden uitgeschakeld. Ze tastte met haar vingertoppen langs de muur tot ze plastic voelde. Na het omdraaien van de lichtschakelaar, sloop ze naar het flikkerende lampje naast de grijze bank.

De keuken en de woonkamer waren een grote chaos. Open lades en kasten. Kleding, papieren en boeken lagen verspreid over de hardhouten vloer. Ze kreeg een naar gevoel in haar buik. Javier zou zijn appartement nooit in deze toestand verlaten. Ze balde haar bevende handen tot vuisten. Ze had geen idee waarom of wanneer dit allemaal gebeurd was. Een paar dagen geleden, of misschien pas een paar minuten.

Op de keukenvloer lag een hamer tussen het gereedschap. Ze raapte hem op van de linoleumvloer. Haar vingers hielden het rubberen handvat stevig vast terwijl ze naar de muur kroop. Voorzichtig gleed ze, met haar rug tegen het behang, verder. Bij de slaapkamerdeur hield ze haar adem in om niet te hoeven hyperventileren. Ze stond daar even met gesloten ogen, voordat ze haar hoofd naar binnen stak, de hamer hoog in de lucht.

Daar lagen nog meer van Javiers parafernalia over de vloer verspreid. Na een diepe zucht kon ze wat ontspannen, en scande de ruimte om haar heen. Degene die ingebroken had, had zijn best gedaan om elke centimeter van de woning te doorzoeken. Ze had geen zin om te ontdekken wat deze rotzakken met degenen die hen in de weg stonden zouden doen. Haar hart sloeg een slag over. De sms van Javier. De indringers moeten het probleem zijn geweest waarvoor hij haar gewaarschuwd had.

Ze deed alle lichten aan, terwijl ze elke hoek van het appartement doorzocht. De kasten en de badkamer waren overhoop gehaald. De computermonitor lag met het beeldscherm naar beneden op de tafel. Javiers laptop en desktop ontbraken. Geen bloed, geen lichamen. Ze had in haar leven geleerd om op het ergste voorbereid te zijn, en zou blij zijn als het deze keer niet nodig was. Ze zou niet rustig meer kunnen slapen, totdat ze zeker wist dat hij veilig en gezond was.

Toen ze elkaar meer dan een maand geleden voor het laatst spraken, liet Javier op geen enkele manier blijken dat hij in de problemen zat. Hij was wel minder spraakzaam dan gewoonlijk, wat zij toeschreef aan hun scheiding van de week ervoor. Op haar vraag waarom hij met de relatie wilde stoppen, had hij geen duidelijk antwoord gegeven. Ze belde later terug om te eisen dat hij haar de reden recht in haar gezicht zou vertellen. Zijn laatste woorden voordat hij ophing: “We hebben een pauze van elkaar nodig.”

Maakte hij het uit met haar, omdat zijn leven in gevaar was? Ze verborg haar gezicht achter haar handen. De situatie was zo onwerkelijk. Zij was de cybercrimineel. Javier was de ethische hacker. De meest fatsoenlijke persoon die ze kende. Problemen zouden op haar deur moeten kloppen, niet op de zijne.

Een piepje van haar iPhone haalde haar uit haar verdoving. Het was maar een sms. Waarschijnlijk checkte Brayden haar, of misschien was het Javier. Ze hield de hamer vast onder haar oksel, terwijl ze probeerde de telefoon uit haar handtas te vissen. Ze klikte hem uit de slaapstand. Op het scherm stond Javiers naam.

Het bericht luidde: “Ik moet je mijn geheim vertellen, Alanna. Probeer me te vinden.”

Ze huiverde, waardoor de hamer naar haar elleboog gleed. Zodra ze het gebouw had verlaten, zou ze Javier sms'en om hem te vragen wat er in godsnaam aan de hand was. Ze stopte de telefoon weer in haar tas. De indringers zouden terug kunnen komen. Ze wilde echter niet met lege handen vertrekken. Nog een keer doorzocht ze het appartement in de hoop om in elk geval één aanwijzing te vinden over de verblijfplaats van Javier.

Een snelle controle van de woonkamer bleek vruchteloos. Terwijl ze door de rommel in de slaapkamer snuffelde, stond ze bijna op een fotolijstje. Alanna raapte het op en keek er even naar. Een familiefoto van een slungelige Javier met een onbezorgde glimlach naast zijn ouders en zusje. Ze streelde met haar vingertoppen over zijn gezicht, voordat ze de lijst op het witte dressoir naast zijn bed plaatste.

Ze speurde nog een keer de kamer af, maar zonder succes. Niets in deze puinhoop bood een antwoord. Ze drukte haar benen tegen elkaar om het trillen te stoppen. Tijd om er vandoor te gaan. Nu ze wist dat het leven van Javier in gevaar was, kon ze alles wat ze wist aan Brayden vertellen. Misschien was hij dan eindelijk bereid om hetzelfde te doen. Ze ging van de slaapkamer naar de voordeur en deed de lichten uit voordat ze het appartement verliet.

Alanna haastte zich door de lege gang. De dichtstbijzijnde lift was nog maar een paar meter verderop, toen plotseling de hoge bling van een bel haar tegenhield. Er stapte een kale man uit, gekleed in een donker pak en gebouwd alsof hij thuishoorde in een pro-worstelarena. Op het moment dat hij haar in het vizier kreeg, viel zijn mond open. Terwijl hij naar buiten kwam, weerstond ze de drang om er vandoor te gaan.

Ze knikte met haar hoofd, terwijl ze probeerde beleefd en beheerst te lijken. “Hallo.”

Hij bewoog zijn rechterhand. “Blijf staan. Beweeg je niet!”

Haar spieren verstijfden. Haar eerste reflex was om zijn bevel te gehoorzamen. Maar ze wist wel beter. Ze ging er in de tegenovergestelde richting vandoor.

“Ik zei beweeg je niet,”schreeuwde hij.

Bij het bordje nooduitgang, rukte ze de deur open. Ze klampte zich vast aan de reling terwijl ze de trap af vloog. De sluitende deur boven haar onderbrak het geluid van stampende voeten en geschreeuw in de gang. Tegen de tijd dat haar achtervolger het trappenhuis binnenkwam, rende zij de laatste trap al af. Op de onderste verdieping schoot ze door de deur die voor haar lag.

Een onverwachte vochtige luchtstroom stroomde over haar gezicht, op het moment dat ze de parkeergarage instormde. De ingang voor voertuigen bevond zich aan de andere kant. Ze rende in een rechte lijn naar de uitgangsdeur aan haar rechterkant. Toen ze de deurkruk omdraaide, bewoog deze slechts een paar centimeter. Er zat aan de andere kant iets tegenaan.

Ze nam een paar stappen terug, waarna ze hard met haar schouder tegen de deur beukte waardoor die openvloog. Buiten lag een vrouw met blonde paardenstaart, wit overhemd en een donkere broek op de grond, die overeind probeerde te krabbelen. De vrouw keek haar aan, alsof ze ook achter haar aanzat. Alanna moest snel handelen, voordat de kale kerel haar inhaalde.

Paardenstaart wilde haar de weg versperren, ze strekte haar rechterarm uit. Ze kon zien wat er in haar hoofd omging. “Denk er niet eens aan.” Te laat.

Alanna botste vol tegen haar aan en duwde haar languit terug op het gras. Terwijl ze naar de aangrenzende betonnen loopbrug sprintte, hoorde ze achter zich de vrouw brullen van frustratie. Alanna volgde de rij palmbomen, met uitzicht op de jachthaven aan haar linkerkant, naar de voorkant van het gebouw. Dit gedeelte van Brickell bestond uit hoogbouw en beton met uitzicht op de baai. Weinig verkeer op de weg. Geen mensen op de stoep.

Ze was buiten. Braydens Kia stond een blok verderop. Ze glimlachte, sloeg rechtsaf de bocht om en rende full-speed verder. De adrenalinekick begon te werken. Op het kruispunt draaide ze haar hoofd in de richting van de dwarsstraat. Een paar blokken verderop schoot een blauw busje de weg op.

Ze staarde naar de straat waar Brayden geparkeerd stond. Als ze naar zijn auto sprintte, konden ze daar binnen een minuut wegrijden. Dat zat er jammer genoeg niet doen. Ze vermoedde dat haar achtervolgers agenten of mensen van de FBI waren, en wilde hem in geen geval in haar rotzooi betrekken. Ze keek naar voren, en besloot dan verder te rennen in dezelfde richting als voorheen.

Toen Alanna weer achterom keek, zag ze de kale man langs de net opgestane paardenstaart rennen. Ze had een plek nodig waar ze zich verstoppen kon. De straat verderop had een lege parkeerplaats en een geslote restaurant aan de rechterkant, en links lagen een hoogbouw en een doodlopende weg. Nog meer open straten verderop. Ze rende in de richting van de parkeerplaats in de hoop wat dekking te vinden achter het restaurant.

 

Nadat ze de hoek om was, stopte ze even om het zweet van haar voorhoofd te vegen. Langs de zijkant bevond zich een witte houten muur die te hoog was om te beklimmen. Aan de andere kant stonden grote bomen en een bruin bakstenen kantoorgebouw. Ze gooide haar lock-picking gereedschap in de boom die het dichtst bij haar stond. Ze waren het bewijs van de inbraak, en konden tegen haar gebruikt worden. Ze keek met lede ogen hoe haar kostbare aandenkens in de bladeren verdwenen, knarste ze met haar tanden en hervatte haar ontsnapping.

Ze rende verder over het asfalt. Achter haar, dicht op haar hielen, weerklonk het stampen van voetstappen. Halverwege het restaurant begon ze buiten adem te raken. Haar brandende longen dwongen haar om het tempo te verlagen. Nog geen seconde later werden haar voeten van de grond gerukt door een paar krachtige armen die haar taille omsloten. Vervolgens voelde ze hoe haar lichaam hard op de parkeerplaats terecht kwam.

Haar hele rechterkant verkrampte van de pijn. De stoep schuurde tegen haar wang terwijl ze naar lucht hapte. Haar aanvaller sprong op. Haar ribben waren gekneusd en haar been en elleboog geschaafd. Haar lichaam brandde terwijl ze probeerde haar buik van de grond te tillen. Op het moment dat ze haar hoofd omhoog draaide, liet de kale man zijn knie op haar rug neerkomen. Ze bezweek onder zijn brute kracht.

Na enkele ogenblikken luid kreunend met haar gezicht tegen de grond te hebben gelegen, probeerde ze zichzelf nog een keer te vermannen, maar zijn gewicht duwde haar naar beneden tot ze volledig plat lag. Mensen schreeuwden achter hen. Al haar hoop stierf bij het zien van paardenstaart en twee andere kerels die naar haar toe renden. De hele wereld kwam op haar af.

“Ga verdomme van me af!” schreeuwde ze.

Een scherpe pijn scheurde door haar rechterschouder doordat haar arm achter haar rug werd geschroefd. Een metalen band wurgde haar pols. Daarna overkwam de linker hetzelfde. Ze worstelde totdat ze niet meer kon verdragen dat de handboeien in haar huid sneden. Het bloed bonkte in haar hoofd. Ze sloot haar ogen om de kwelling en het geschreeuw van haar ontvoerders te blokkeren. Het spijt me papa, ik heb je teleurgesteld – alweer.