De perfecte wijk

Text
0
Kritiken
Leseprobe
Als gelesen kennzeichnen
Wie Sie das Buch nach dem Kauf lesen
Schriftart:Kleiner AaGrößer Aa

HOOFDSTUK DRIE

De praktijk van dokter Janice Lemmon lag enkele straten van het flatgebouw dat Jessie verliet en ze was blij dat ze even kon lopen en haar hoofd leeg kon maken. Terwijl ze langs Figueroa liep, was ze bijna dankbaar voor de scherpe, snijdende wind die haar ogen deed tranen en onmiddellijk ook weer droogde. De verfrissende koude duwde bijna alle gedachten uit haar hoofd. Ze dacht er enkel nog aan zo snel mogelijk te bewegen.

Ze trok de rits van haar jas dicht tot aan de hals en hield haar hoofd naar beneden terwijl ze voorbij een koffiebar liep en daarna voorbij een restaurant dat overvol zat. Het was halverwege december in Los Angeles en lokale winkels deden hun best om eruit te zien alsof ze klaar waren voor de feestdagen in een stad waar sneeuw een bijna abstract concept was.

Maar in de windtunnels die gecreëerd werden door de wolkenkrabbers was de koude altijd aanwezig. Het was bijna 11:00, maar de lucht was grijs en de temperatuur was iets boven tien graden. Vanavond zou de temperatuur nog vijf graden dalen. Voor L.A. was dat ijzig koud. Jessie had uiteraard veel kouder weer doorstaan.

Toen ze als kind in het landelijke Missouri woonde, voor alles in elkaar stortte, speelde ze in de kleine voortuin van haar moeders caravan op het caravanterrein. Haar vingers en haar gezicht waren half verdoofd. Ze maakte niet erg indrukwekkende sneeuwpoppen met blije gezichten terwijl haar mama beschermend vanuit het raam toekeek. Jessie weet nog dat ze zich afvroeg waarom haar moeder nooit wegkeek. Nu ze erop terugkeek, was het duidelijk waarom.

Een paar jaar later woonde ze in de buitenwijken van Las Cruces, New Mexico, samen met het gezin dat haar geadopteerd had nadat ze in een getuigenbeschermingsprogramma werd geplaatst. Ze ging skiën met haar tweede vader, een FBI-agent die steeds en in alle situaties een kalm professionalisme uitstraalde. Hij was er altijd om haar te helpen als ze viel. En ze kon er meestal op rekenen dat ze een warme chocolademelk zou krijgen wanneer ze de kale, winderige heuvels verlieten en terug naar de blokhut gingen.

Die kille herinneringen verwarmden haar terwijl ze de laatste hoek omging op weg naar de praktijk van dokter Lemmon. Ze zorgde er zorgvuldig voor om niet te denken aan de minder aangename herinneringen die onvermijdelijk verweven waren met de goede herinneringen.

Ze meldde zich aan en ontdeed zich van de lagen kleding terwijl ze wachtte tot ze de praktijk binnengeroepen zou worden. Het duurde niet lang. Precies om 11:00 opende haar therapeut de deur en verwelkomde haar.

Dokter Janice Lemmon was halverwege zestig, maar zo zag ze er niet uit. Ze was erg fit en haar ogen waren scherp en geconcentreerd achter haar dikke brillenglazen. Haar blonde, gekrulde haren sprongen op en neer als ze liep en ze had een ingehouden intensiteit die zich niet liet verbergen.

Ze zaten tegenover elkaar in de pluche stoelen. Dokter Lemmon gaf haar een paar ogenblikken om tot rust te komen voor ze sprak.

“Hoe gaat het met je?” vroeg ze op die open manier die er altijd voor zorgde dat Jessie werkelijk serieuzer over de vraag nadacht dan ze in het dagelijkse leven deed.

“Niet erg goed,” gaf ze toe.

“Waarom?”

Jessie vertelde over haar paniekaanval in de flat en de flashbacks daarna.

“Ik weet niet wat de trigger was,” zei ze ten slotte.

“Ik denk dat je dat wel weet,” drong dokter Lemmon aan.

“Kan je me een tip geven?” vroeg Jessie.

“Nou, ik vraag me af of je je kalmte verloor in het bijzijn van een vreemde omdat je niet het gevoel hebt dat je je angsten op een andere plek kan tonen. Mag ik je vragen of er stresserende gebeurtenissen of beslissingen op je te wachten staan in de nabije toekomst?”

“Buiten de afspraak van twee uur bij mijn gynaecoloog om te weten te komen of ik voldoende hersteld ben na mijn miskraam, het finaliseren van de scheiding van de man die me probeerde te vermoorden, het verkopen van het huis waar we samen woonden, het idee verwerken dat mijn vader de seriemoordenaar naar me op zoek is, beslissen of ik wel of niet naar Virginia ga voor twee en een halve maand om FBI-leraars met me te laten spotten en uit de flat van mijn vriendin moeten verhuizen, zodat zij eindelijk een nacht kan slapen? Buiten al die dingen, gaat alles prima.”

“Dit klink inderdaad wel een heleboel,” antwoordde dokter Lemmon en ze negeerde het sarcasme van Jessie. “Laten we beginnen met de onmiddellijke zorgen en vandaaruit verder werken, oké?”

“Jij bent de baas,” mompelde Jessie.

“Dat ben ik niet. Maar vertel me over de afspraak die gepland staat. Waarom ben je ongerust?”

“Het is niet zozeer dat ik ongerust ben,” zei Jessie. “De dokter heeft al gezegd dat het lijkt alsof er geen blijvende schade was en ik in de toekomst op nieuw zwanger zal kunnen worden. Het gaat erom dat ik weet dat ik er weer zal aan denken aan wat ik kwijt ben en aan hoe dat gebeurde.”

“Je bedoelt het feit dat je echtgenoot je drugs heeft gegeven zodat hij de moord op Natalia Urgova in je schoenen kon schuiven? En dat de medicatie die hij daarvoor gebruikte ervoor zorgde dat je een miskraam kreeg?”

“Ja,” zei Jessie droogweg. “Dat is wat ik bedoel.”

“Nou, het zou me verbazen als iemand daarover zal beginnen praten,” zei dokter Lemmon met een vriendelijke glimlach.

“Dus je bedoelt dat ik een situatie die niet stresserend hoeft te zijn zelf stresserend maak?”

“Ik bedoel dat je je emoties vooraf aan het verwerken bent, misschien is het minder overweldigend op het moment dat je werkelijk in de kamer staat.”

“Gemakkelijker gezegd dan gedaan,” zei Jessie.

“Alles is gemakkelijker gezegd dan gedaan,” antwoordde dokter Lemmon. “Laten we dat even opzij leggen en laten we het hebben over je toekomstige scheiding. Wat is de stand van zaken?”

“Het huis werd op derdenrekening gezet. Dus hoop ik dat dat zonder problemen zal worden afgewikkeld. Mijn advocaat vertelde me dat mijn aanvraag voor een versnelde scheidingsprocedure werd aanvaarden dat alles finaal zou moeten zijn voor het einde van het jaar. Er is een voordeel, want in Californië krijg ik de helft van alle bezittingen van mijn moordende echtgenoot. Hij krijgt ook de helft van wat ik bezit, ondanks het feit dat hij voor de rechtbank moet voor negen ernstige misdrijven. Maar als je er rekening mee houdt dat ik tot voor enkele weken geleden student was, is dat niet erg veel.”

“Oké, hoe voel je je daarbij?”

“Ik ben blij met het geld. Ik vind dat ik het verdiend heb. Wist je dat ik de ziektekostenverzekering van zijn baan gebruikt heb om te betalen voor de verwondingen die ik kreeg omdat hij me met een haardpook gestoken heeft? Dat lijkt me rechtvaardig. Anderzijds zal ik blij zijn als het allemaal achter de rug is. Ik wil vooral dat alles voorbij is en dat ik kan vergeten dat ik bijna tien jaar van mijn leven met een sociopaat heb samengewoond zonder het te beseffen.”

“Je vindt dat je het had moeten weten?” vroeg dokter Lemmon.

“Ik probeer een professionele profiler te worden, dokter. Hoe goed ben ik als ik het misdadige gedrag van mijn eigen echtgenoot niet opmerk?”

“Daar hebben we al over gepraat, Jessie. Zelfs voor de beste profilers is het vaak moeilijk om illegaal gedrag te herkennen bij de mensen in hun nabije omgeving. Je hebt vaak professionele afstand nodig om te zien wat er werkelijk aan de hand is.”

“Ik heb begrepen dat je spreekt op basis van persoonlijke ervaring?” vroeg Jessie.

Janice Lemmon was gedragstherapeut, maar daarnaast was ze ook een hoog aangeschreven adviseur die vroeger voltijds voor de LAPD werkte. Af en toe werden haar diensten nog steeds gevraagd.

Lemmon had haar indrukwekkende netwerk van contacten aangesproken om ervoor te zorgen dat Jessie toegang kreeg tot het staatsziekenhuis in Norwalk zodat ze de seriemoordenaar Bolton Crutchfield kon interviewen als deel van haar practicum voor de universiteit. En Jessie vermoedde dat de dokter ook een belangrijke rol had gespeeld in het feit dat ze toegelaten werd tot de veelgeprezen National Academy opleiding van de FBI, waartoe normaal gesproken enkel ervaren, plaatselijke onderzoekers werden toegelaten, geen pas afgestudeerde mensen zonder enige praktijkervaring.

“Dat is zo.” zei dokter Lemmon. “Maar daar kunnen we een andere keer over praten. Wil je praten over de gevoelens die je hebt omdat je echtgenoot je manipuleerde?”

“Ik denk niet dat ik helemaal gemanipuleerd werd. Hij zit tenslotte door mij achter de tralies en drie mensen die dood hadden kunnen zijn, leven nog, inclusief mezelf. Is dat geen verdienste? Ik heb de waarheid tenslotte uiteindelijk wel ontdekt. En ik denk niet dat de politie ooit zou ontdekt hebben wat er gebeurd was.”

“Dat is een goed argument. Door je sarcasme ga ik ervan uit dat je liever over iets anders praat. Zullen we over je vader praten?”

“Echt?” vroeg Jessie vol ongeloof. “Moeten we daar echt over praten? Kunnen we niet praten over de problemen met mijn flat?”

“Ik heb begrepen dat dat met elkaar verbonden is. Is het immers niet zo dat je huisgenote niet kan slapen omdat je nachtmerries hebt waardoor je gaat gillen?”

“Dat is niet eerlijk, dokter.”

“Ik werk enkel met wat je me vertelt, Jessie. Je zou het niet gezegd hebben, als je niet wilde dat ik het wist. Kan ik ervan uitgaan dat de dromen te maken hebben met de moord op je moeder door je vader?”

“Ja,” antwoordde Jessie en ze behield de parmantige toon in haar stem. “De beul van de Ozarks is misschien ondergedoken, maar hij heeft nog een slachtoffer in zijn grip.”

 

“Zijn de nachtmerries erger geworden sinds we elkaar de laatste keer hebben ontmoet?” vroeg dokter Lemmon.

“Ik zou niet zeggen dat ze erger geworden zijn,” zei Jessie. “Ze blijven zo ongeveer op hetzelfde niveau van angstaanjagend afschuwelijk.”

“Maar ze namen dramatisch toe en werden veel intenser nadat je het bericht ontvangen had, juist?”

“Ik neem aan dat we praten over het bericht dat Bolton Crutchfield me gaf waarin hij onthulde dat hij contact had met mijn vader die me heel graag wil vinden.”

“Dat is inderdaad het bericht waarover we praten.”

“In dat geval: ja, mijn dromen werden rond die tijd erger,” antwoordde Jessie.

“Als we de dromen even opzij schuiven,” zei dokter Lemmon, “Ik wilde graag herhalen wat ik je eerder vertelde.”

“Ja, dokter, ik ben het niet vergeten. In je hoedanigheid van adviseur van het departement van staatsziekenhuizen, niet-rehabiliteerbare afdeling, heb je met het beveiligingsteam overlegd om te verzekeren dat Bolton Crutchfield geen contact heeft met ongeautoriseerd personeel van buitenaf. Er is geen enkele manier dat hij kan communiceren met mijn vader om hem mijn identiteit door te geven.”

“Hoe vaak heb ik dat gezegd?” vroeg dokter Lemmon. “Waarschijnlijk al verschillende keren als je het zo hebt gememoriseerd.”

“Laten we zeggen meer dan een keer. Bovendien ben ik vrienden geworden met Kat Gentry, het hoofd van beveiliging van de NRD, en zij vertelde me hetzelfde – ze hebben hun procedures bijgeschaafd om ervoor te zorgen dat Crutchfield niet kan communiceren met de wereld buiten het ziekenhuis.”

“En toch klink je niet erg overtuigd,” merkte dokter Lemmon op.

“Zou jij overtuigd zijn?” vroeg Jessie. “Als je vader een seriemoordenaar was die bekend stond als de Beul van de Ozarks en je persoonlijk hebt gezien hoe hij zijn slachtoffers afgemaakt heeft en je weet dat hij nooit gevonden werd, zou jij dan gerustgesteld zijn door een paar clichés?

“Ik geef toe dat ik waarschijnlijk sceptisch zou zijn. Maar ik weet niet of het erg productief is om te blijven stilstaan bij iets waar je geen controle over hebt.”

“Dat wilde ik met je bespreken, dokter Lemmon,” zei Jessie en ze liet het sarcasme vallen nu ze een echte vraag had. “Zijn we er zeker van dat ik geen enkele controle over de situatie heb? Blijkbaar weet Bolton Crutchfield heel wat over het doen en laten van mijn vader de laatste jaren. En Bolton … is blij met mijn gezelschap. Ik denk dat het misschien goed zou zijn om weer een bezoekje te brengen en met hem te praten. Wie weet wat hij misschien onthult?”

Dokter Lemmon ademde diep terwijl ze het voorstel overwoog.

“Ik denk niet dat het spelen van spelletjes met een beruchte seriemoordenaar de beste volgende stap is op weg naar jouw emotionele genezing, Jessie.”

“Weet je wat goed zou zijn voor mijn emotionele genezing, dokter?” zei Jessie, en ze voelde dat haar frustratie steeg ook al deed ze haar best. “Geen angst meer te moeten hebben dat mijn vader achter een hoek gaat tevoorschijn springen en me aanvalt met een mes.”

“Jessie, als zelfs praten met mij over dit onderwerp je zo overstuur maakt, wat gaat er dan gebeuren als Crutchfield je zal proberen te manipuleren?”

“Dat is niet hetzelfde. Bij jou hoef ik me niet te censureren. Bij hem ben ik iemand anders. Ik ben professioneel,” zei Jessie en ze zorgde ervoor dat haar toon nu neutraal was. “Ik ben het zat om een slachtoffer te zijn en dit is iets tastbaars dat ik kan doen om die dynamiek te veranderen. Kan je erover nadenken? Ik weet dat jouw aanbeveling zo ongeveer een vrijkaart is in deze stad.”

Dokter Lemmon keek haar enkele seconden aan vanachter haar dikke brilglazen, haar ogen waren indringend.

“Ik zal kijken wat ik kan doen,” zei ze uiteindelijk. “Over vrijkaarten gesproken, heb je de uitnodiging van de National Academy van de FBI al officieel aanvaard?”

“Nog niet. Ik overweeg mijn opties nog.”

“Ik denk dat je daar veel kan bijleren, Jessie. En het kan geen kwaad om dat op je CV te hebben staan als je probeert werk te vinden. Ik ben ongerust en vraag me af of het een soort van zelf-sabotage zou zijn als je nee zegt.”

“Dat is het niet,” verzekerde Jessie. Ik weet dat het een buitenkans is. Ik weet alleen niet of dit de ideale periode is voor mij om drie maanden naar de andere kant van het land te verhuizen. Mijn hele wereld staat op zijn kop nu.”

Ze probeerde de onrust uit haar stem te houden, maar ze hoorde dat die erin sloop. Dokter Lemmon merkte het duidelijk ook, want ze veranderde van onderwerp.

“Oké. Nu we een overzicht hebben van de situatie wil ik graag wat dieper ingaan op een aantal onderwerpen. Als ik het goed onthouden heb, kwam je adoptievader onlangs op bezoek om je te helpen alles op orde te brengen. Daar wil ik meteen over praten. Maar laten we eerst praten over je fysieke herstel. Ik heb begrepen dat je net je laatste sessie fysiotherapie achter de rug hebt. Hoe was het?”

De volgende vijfenveertig minuten had Jessie het gevoel dat ze een boom was waarvan de schors langzaam geschild werd. Toen het voorbij was, was ze blij dat ze ervandoor kon, zelfs als dat betekende dat ze daarna naar een check-up moest om opnieuw een bevestiging te krijgen dat ze in de toekomst nog kinderen zou kunnen krijgen. Nadat dokter Lemmon bijna een uur lang haar psyché gepord en gestoken had, ging ze ervan uit dat het een makkie ging zijn om lichamelijk gepord en gestoken te worden. Ze had zich vergist.

*

Het was niet zozeer het porren dat haar triggerde. Het was de nasleep. De afspraak zelf was niet erg bijzonder. Jessies dokter bevestigde dat ze geen permanente schade had en verzekerde haar dat ze in de toekomst kinderen zou kunnen krijgen. Ze zei ook dat het weer veilig was om seksueel actief te zijn, een idee dat werkelijk niet bij Jessie was opgekomen sinds het ogenblijk dat Kyle haar aangevallen had. De dokter zei dat tenzij er een onverwacht voorval was, ze na zes maanden terug moest komen voor een controle.

Pas toen ze in de lift stond op weg naar de parkeergarage raakte ze overstuur. Ze wist niet helemaal waarom, maar ze had het gevoel dat ze in een duistere put in de grond viel. Ze rende naar de auto en ging achter het stuur zitten. Ze snikte hevig en heel haar lichaam schudde.

En toen, in het midden van de tranen, begreep ze het. Iets in verband met de finaliteit van de afspraak had haar diep geraakt. Ze hoefde pas over zes maanden terug te komen. Het zou een normaal bezoek zijn. De periode van zwangerschap was voorlopig voorbij.

Ze voelde dat de emotionele deur toesloeg en het was schokkend. Bovenop het feit dat haar huwelijk op de meest schokkend mogelijke manier geëindigd was en dat haar moordende vader waarvan ze dacht dat ze hem in het verleden had achtergelaten, nu terug was; was het besef dat ze een levend wezen in haar lichaam had gehad dat nu verdwenen was, te veel voor haar om te dragen.

Ze reed weg uit de parkeergarage en haar zicht werd wazig door de tranen in haar ogen. Het maakte niets uit. Ze trapte hard op het gaspedaal en ze raasde zuidwaarts op Robertson. Het was vroege middag en er was niet veel verkeer. Toch slalomde ze wild van rijstrook naar rijstrook.

Voor haar, aan het stoplicht, zag ze een grote verhuiswagen. Ze drukte het gaspedaal harder in en voelde dat haar hoofd naar achteren vloog terwijl ze versnelde. De snelheidslimiet was zestig, maar ze reed zeventig, vijfentachtig, bijna honderd. Ze wist zeker dat als ze snel genoeg tegen de verhuiswagen aanreed, dat haar pijn meteen voorbij zou zijn.

Ze keek naar links terwijl ze voorbij raasde en zag een moeder die met een peuter op de stoep liep. De gedachte dat dat kleine jongetje getuige zou zijn van een hoop verkreukeld metaal, verschroeiend vuur en verkoolde lijken, bracht haar meteen terug naar de werkelijkheid.

Jessie drukte stevig op de rem en kwam met gierende banden enkele meters achter de verhuiswagen tot stilstand. Ze reed de parkeerplaats op van een tankstation aan haar rechterkant. Ze parkeerde en zette de auto uit. Haar ademhaling was zwaar en ze voelde dat de adrenaline door haar lichaam jaagde, waardoor haar vingers en tenen onaangenaam prikkelden.

Nadat ze ongeveer vijf minuten zonder te bewegen en met haar ogen toe had gezeten, ging haar borstkas niet meer zo hevig op en neer en ademde ze weer normaal. Ze hoorde een zoem en opende haar ogen. Het was haar telefoon. Op het scherm zag ze dat het rechercheur Ryan Hernandez van de LAPD was. Hij had een lezing gehouden voor haar les criminologie vorig semester, waar ze een goede indruk had gemaakt door de oplossing te vinden voor een case die hij aan de klas had voorgesteld. Hij had haar ook bezocht in het ziekenhuis nadat Kyle geprobeerd had haar te vermoorden.

“Hallo, hallo,” zei Jessie hardop tegen zichzelf. Ze wilde weten of haar stem normaal klonk. Goed genoeg. Ze beantwoorde de oproep.

“Met Jessie,”

“Hoi, mevrouw Hunt. Dit is rechercheur Ryan Hernandez. Ken je me nog?

“Natuurlijk,” zei ze en ze was blij dat ze weer als zichzelf klonk. “Zeg het maar.”

“Ik weet dat je onlangs afgestudeerd bent,” zei hij en er was meer twijfel in zijn stem dan ze zich herinnerde. “Heb je al een positie gevonden?”

“Nog niet,” antwoordde ze. “Ik ben mijn opties aan het bekijken.”

“In dat geval wil ik graag met je praten over een baan.”

HOOFDSTUK VIER

Een uur later zat Jessie in de receptie van het Central Community Police Station van het Los Angeles Police Department, of ook wel Downtown Division, zoals de meeste mensen het noemde. Ze wachtte op rechercheur Hernandez die haar zou komen oppikken. Ze weigerde uitdrukkelijk na te denken over wat er gebeurd was tijdens haar bijna-auto-ongeluk. Het was te veel om te verwerken op dit ogenblik. In plaats daarvan concentreerde ze zich op wat er nu ging gebeuren.

Hernandez was behoedzaam geweest tijdens het telefoongesprek. Hij had haar verteld dat hij niet veel bijzonderheden vertellen kon, enkel dat er een juniorpositie vrijgekomen was en dat hij aan haar gedacht had. Hij had haar gevraagd om naar het politiekantoor te komen om het persoonlijk te bespreken omdat hij wilde peilen of ze geïnteresseerd was voor hij haar zou vermelden bij zijn meerderen.

Terwijl ze aan het wachten was, probeerde ze zich te herinneren wat ze wist over Hernandez. Ze had hem eerder in de herfst ontmoet toen hij een bezoek bracht aan haar les forensische psychologie tijdens haar masteropleiding. Hij besprak de praktische toepassingen van profiling. Hij bleek een wijkagent geweest te zijn en hij had een grote rol gespeeld bij de arrestatie van Bolton Crutchfield.

In de les had hij een ingewikkelde moordzaak aan de studenten voorgelegd en gevraagd of iemand de dader en het motief voor de moord kon aanduiden. Enkel Jessie had de oplossing gevonden. Hernandez had zelfs gezegd dat zij nog maar de tweede student was die de oplossing gevonden had.

De volgende keer dat ze hem zag, was in het ziekenhuis toen ze herstelde van de aanval van Kyle. Ze was toen nog steeds een beetje bedwelmd door de medicijnen, dus was haar herinnering wat wazig.

Hij was er in de eerste plaats enkel omdat ze hem gebeld had. Ze had argwaan over Kyle’s verleden voor ze hem had leren kennen op achttienjarige leeftijd en ze had gehoopt dat Hernandez haar aanwijzingen kon geven. Ze had een voicemail voor de rechercheur achtergelaten en toen hij haar niet kon bereiken na verschillende pogingen – voornamelijk omdat ze door haar echtgenoot vastgebonden werd in hun huis – had hij haar telefoon laten traceren en had hij haar in het ziekenhuis gevonden.

Toen hij haar bezocht, was hij hulpvaardig en had samen met haar de situatie van de toekomstige rechtszaak tegen Kyle overlopen. Maar hij was ook duidelijk achterdochtig (en daar had hij goede redenen voor) over het feit dat Jessie niet alles gedaan had om de zaak aan het licht te brengen nadat Kyle Natalia Urgova vermoord had.

Dat was de waarheid. Nadat Kyle Jessie ervan overtuigd had dat zij Natalia vermoord had in een dronken woedeaanval waarvan ze zich niets meer herinnerde, had hij aangeboden dat hij de misdaad zou verbergen door het lichaam van de vrouw in zee te werpen. Ondanks haar bezwaren op dat moment, was Jessie niet erg krachtdadig geweest om toch naar de politie te stappen en te bekennen. Daar had ze nog steeds veel spijt van.

Hernandez had het geraden, maar voor zover ze wist, had hij er nooit tegen iemand anders over gesproken. Een klein deel van haar had angst dat dat de echte reden was dat hij haar hiernaartoe had gelokt vandaag en dat de baan maar een voorwendsel was om haar naar het politiekantoor te lokken. Als hij haar naar de ondervragingskamer zou begeleiden, zou ze weten welke weg het op zou gaan, dacht ze.

 

Na een paar minuten kwam hij de kamer binnen en begroette hij haar. Hij was net zoals ze zich herinnerde, ongeveer dertig, gespierd, maar niet overdreven indrukwekkend. Hij was een meter tachtig en ongeveer 90 kilogram en hij was duidelijk fit. Pas toen hij dichterbij kwam, herinnerde ze zich hoe gespierd hij was.

Hij had kort, zwart haar, bruine ogen en een brede, warme glimlach waardoor waarschijnlijk zelfs verdachten zich op hun gemak voelden. Ze vroeg zich af of hij dat net om die reden cultiveerde. Ze zag de trouwring aan zijn linkerhand en herinnerde zich dat hij getrouwd was, maar geen kinderen had.

“Bedankt om langs te komen, mevrouw Hunt,” zei hij en hij reikte haar zijn hand.

“Zeg alsjeblieft Jessie,” zei ze.

“Oké, Jessie. Laten we naar mijn bureau gaan en ik zal je vertellen waar ik aan dacht.”

Jessie ervoer een sterkere vlaag van opluchting dan ze verwacht had toen hij niet naar de verhoorkamer wees, maar ze slaagde erin om dat te verbergen. Hij praatte zacht terwijl ze naar de werkruimte liepen.

“Ik ben je zaak blijven volgen,” gaf hij toe. “Of om precies te zijn: de zaak van je echtgenoot.”

“Toekomstige ex-echtgenoot,” merkte ze op.

“Juist. Dat had ik ook gehoord. Geen plannen om samen te blijven met de man die je beschuldigde van moord en je toen probeerde te vermoorden, hé? Geen loyaliteit meer tegenwoordig.”

Hij grijnsde om te tonen dat hij een grapje maakte. Jessie kon niet anders dan onder de indruk zijn van een man die een grap over moord durfde te maken bij iemand die bijna vermoord was.

“Het schuldgevoel is overweldigend,” zei ze. Ze speelde het spel mee.

“Dat zal wel. Ik moet zeggen dat het er niet goed uitziet voor je toekomstige ex. Zelfs als de aanklager niet om de doodstraf vraagt, twijfel ik eraan dat ze hem ooit nog zullen vrijlaten.”

“Als jij het zegt …” mompelde Jessie. Ze hoefde de zin niet af te maken.

“Laten we over een leuker onderwerp praten.” stelde Hernandez voor. “Ik weet niet of je het nog onthouden hebt na mijn bezoek aan je les, maar ik werk voor een speciale afdeling in de divisie inbraak en moord. De afdeling heeft de naam Homicide Special Section of afgekort HSS. We zijn gespecialiseerd in spraakmakende cases; het soort van cases die veel media-aandacht trekken of die sterk opgevolgd worden door de publieke opinie. Dat zijn onder andere brandstichtingen, moorden met meerdere slachtoffers, bekende personen die vermoord worden en natuurlijk ook seriemoordenaars.

“Zoals Bolton Crutchfield, de man die onder andere door jou gearresteerd werd.”

“Precies,” zei hij. “Onze unit maakt ook gebruik van profilers. Die werken niet exclusief voor ons. Ze werken voor de hele divisie, maar wij hebben voorrang voor hun diensten. Misschien heb je al gehoord van onze senior profiler, Garland Moses?”

Jessie knikte. Moses was een legende voor profilers. Als voormalige FBI-agent was hij naar de West Coast verhuisd in de late jaren ’90 nadat hij tientallen jaren doorheen het land gereisd was om op seriemoordenaars te jagen. Maar de LAPD had hem een voorstel gedaan en hij had ermee ingestemd om als adviseur te werken. Hij werd door de afdeling betaald, maar was geen officiële werknemer, dus kon hij komen en gaan wanneer hij wilde.

Hij was nu meer dan zeventig jaar oud, maar hij kwam nog bijna elke dag naar het werk. En minstens drie of vier keer per jaar las Jessie een artikel waarin verteld werd dat hij een case opgelost had die niemand anders had kunnen oplossen. Naar verluidt had hij een kantoor op de eerste verdieping van dit gebouw in een omgebouwde bezemkast.

“Ga ik hem ontmoeten?” vroeg Jessie en ze probeerde haar enthousiasme in toom te houden.

“Vandaag niet,” zei Hernandez. “Als je de baan aanneemt en het hier een beetje gewend bent geraakt, zal ik je aan hem voorstellen. Hij is wat prikkelbaar.”

Jessie wist dat Hernandez het nog zacht uitdrukte. Garland Moses had de reputatie een zwijgzame rotzak met een kort lontje te zijn. Al hij niet zo goed was in het vinden van moordenaars, zou hij waarschijnlijk nooit een baan hebben gevonden.

“Moses is dus min of meer de profiler emeritus van de divisie,” ging Hernandez verder. “Hij daagt enkel op voor heel grote cases. De afdeling heeft een aantal andere profilers die in dienst werken of als freelancer op minder beruchte cases. Spijtig genoeg heeft Josh Caster, onze juniorprofiler, gisteren zijn ontslag ingediend.”

“Waarom?”

“Officieel?” vroeg Hernandez. “Hij wenste te verhuizen naar een plek waar het aangenamer is voor families. Hij heeft een vrouw en twee kinderen die hij amper zag. Dus aanvaardde hij een baan in Santa Barbara.”

“En niet officieel?”

“Hij kon het niet meer aan. Hij werkte een zestal jaar bij inbraak en moord, ging daarna naar de opleiding van het FBI, kwam helemaal klaar voor de strijd terug en werkte hard als profiler voor twee jaar. Toen liep hij tegen een muur op.”

“Wat bedoel je?” vroeg Jessie.

“Dit is een lelijk beroep, Jessie. Ik heb het gevoel dat ik je dat niet moet vertellen na wat er met je echtgenoot gebeurd is. Maar het is één ding om een keer in aanraking te komen met geweld of de dood. Het is een heel andere zaak om er elke dag mee om te gaan en te zien wat voor vreselijke dingen mensen elkaar kunnen aandoen. Het is moeilijk om je menselijkheid te bewaren als je door die dingen overspoeld wordt. Het vreet aan je. Als je het nergens kwijt kunt aan het einde van de dag, kan het je werkelijk overhoop halen. Dat is iets waarover je moet nadenken als je mijn voorstel overweegt.”

Jessie besloot dat dit niet het moment was om aan rechercheur Hernandez te vertellen dat haar ervaring met Kyle niet de eerste keer was dat ze de dood van dichtbij gezien had. Ze wist niet zeker of het feit dat ze haar vader meerdere mensen had zien vermoorden, waaronder haar moeder, toen ze nog een kind was, haar kansen op de baan zou beïnvloeden.

“Wat is je voorstel precies?” vroeg ze en ze vermeed op die manier het onderwerp.

Ze hadden het bureau van Hernandez bereikt. Hij gebaarde dat ze tegenover hem plaats kon nemen terwijl hij verder praatte.

“Caster vervangen, op zijn minst tijdelijk. De divisie is nog niet bereid om een nieuwe voltijdse profiler aan te nemen. Ze hebben veel geld in Caster geïnvesteerd en ze voelen zich verbrand. Ze willen een grondige selectie van kandidaten organiseren voor ze zijn permanente vervanger aannemen. Ondertussen zoeken ze iemand voor een junior functie die het niet erg vindt om niet voltijds te werken en die voor een laag salaris wil werken.

“Dat zal fantastische kandidaten opleveren,” zei Jessie.

“Inderdaad. Daar vrees ik voor – dat ze om de kosten laag te houden zullen kiezen voor iemand die niet heeft wat nodig is. Als het aan mij zou liggen? Ik kies liever iemand die onervaren is maar talent heeft in plaats van iemand die niet kan profilen.”

“Vind je dat ik talent heb?” vroeg Jessie en ze hoopte dat het niet klonk alsof ze naar complimenten viste.

“Ik zie potentieel. Dat heb je laten zien in de case tijdens de les. Ik heb respect voor jouw professor, Warren Hosta. En hij heeft me verteld dat je echt talent hebt. Hij wilde geen details geven, maar hij gaf aan dat je toestemming had gekregen om een belangrijke gevangene te interviewen en dat je een band had opgebouwd die later misschien nuttig zou zijn. Het feit dat hij me niet meer kon vertellen over waar een pas afgestudeerde masterstudent mee bezig is, gaf me de indruk dat je niet zo onervaren bent als je op het eerste zicht zou denken. Bovendien slaagde je erin om het ingewikkelde moordcomplot van je echtgenoot te ontdekken en desondanks niet vermoord te worden. Dat is niet niets. Ik weet ook dat je aanvaard werd voor de National Academy opleiding van het FBI zonder enige ervaring in ordehandhaving. Dat gebeurt bijna nooit. Dus ik ben bereid het risico te nemen en jouw naam voor te stellen. Enkel als je geïnteresseerd bent natuurlijk. Ben je geïnteresseerd?